Sinterklaas Liedjes


Zie ginds komt de stoomboot

Pakjesboot 12 Zie ginds komt de stoomboot uit Spanje weer aan
Hij brengt ons Sint Nicolaas, ik zie hem al staan

Hoe huppelt zijn paardje het dek op en neer
Hoe waaien de wimpels al heen en al weer.

Zijn knecht staat te lachten en roept ons reeds toe :
Wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is de roe!

Och lieve Sint Nicolaas, och kom ook bij mij.
En rij dan niet stilletjes ons huisje voorbij.



Hofleveranciers van de Sint


Daar wordt aan de deur geklopt

Zwarte Piet Daar wordt aan de deur geklopt,
hard geklopt, zacht geklopt.

Daar wordt aan de deur geklopt.
Wie zou dat zijn ?

Wees maar gerust mijn kind.
Ik ben een goede vrind.

Want al ben ik zwart als roet,
'k Meen het toch goed.

Daar wordt aan de deur geklopt,
hard geklopt, zacht geklopt.

Daar wordt aan de deur geklopt.
Wie zou dat zijn ?

Wees maar gerust mijn kind.
Ik ben een goede vrind.

Want al ben ik zwart als roet,
'k Meen het toch goed.

Hoor de wind waait door de bomen

Maan Hoor de wind waait door de bomen.
Hier in huis zelfs waait de wind.

Zou de goede Sint nog komen,
nu hij 't weer zo lelijk vindt.

Nu hij 't weer zo lelijk vindt.
Ja, hij rijdt in donk're nachten

op zijn paardje, oh zo snel.
Als hij wist hoezeer wij wachten,

ja gewis, dan kwam hij wel.
Ja gewis, dan kwam hij wel!

Hop hop hop, paardje in galop

Paardje in galop Hop, hop, hop! We zitten nu rechtop!
Sinterklaas die komt uit Spanje,

hij brengt appels van oramje.
Altijd in galop! Hop, hop, hop, hop, hop!

Hop, hop, hop! Paardje in galop!
En die beste Sinterklaas,

die brengt ons heel veel speculaas.
Altijd in galop! Hop, hop, hop, hop, hop!


Hoor wie klopt daar kinderen

Sinterklaas Hoor wie klopt daar kind'ren, hoor wie klopt daar kind'ren, hoor wie tikt daar zachtjes tegen 't raam.
't Is een vreemd'ling zeker, die verdwaalt is zeker, ik zal eens even vragen naar zijn naam.

Sint Nicolaas, Sint Nicolaas, brengt ons vanavond een bezoek, en strooit dan wat lekkers, in de een of andere hoek.

Stoute kind'ren, zegt hij, krijgen knorren, zegt hij, of een zakje, zegt hij, met wat zout.
Want je weet wel, zegt hij, dat Sint Nicolaas, zegt hij, van die stoute kind'ren heel niet houdt.

Sint Nicolaas, Sint Nicolaas, brengt ons vanavond een bezoek, en strooit dan wat lekkers, in de een of andere hoek.